1 Eenmaal (per dag dien je het in elk geval te gebruiken). (4)
2 Werktuig van een steenbever. (12)
3 Gekleurde vacht. (4)
4 Nieuws van het Rampenfonds. (13)
5 Opvliegende jongen. (5)
6 Uitdraai op het spoor. (5)
7 Het gevolg van sleur. (7)
9 Om het lichaam van een broekje. (7)
12 Die past op het hoofd van een kletskous. (8)
13 Neerslachtige kleding. (8)
15 Watt maakte er een machine van. (5)
16 Er zijn nog spijkers voorhanden. (6)
20 Instrument voor oplichters. (4)
21 Het bed van de broeder. (4)