1 Zijn pas in de leer. (6)
2 Het houden van kippen. (13)
3 Vak van kleermaker. (8)
4 Kinderkopje van een prins. (13)
5 Daarbij ijlt uw gesprekspartner. (12)
6 Rechts departement. (8)
8 Die gaat met nichten om. (3)
9 Springt op voor een knappe man. (7)
13 Gelijke stand die ik korte tijd verdraag. (8)
15 Die onderzoekt stemmingwisselingen. (6)
18 Die zitten op de kast door een ingezet stuk. (3)
19 Hier hebben boeren de balen van. (4)
21 Vallend water. (4)