7 Gebeurt niet na de ondergang. (7)
9 Dat pand is gekraakt. (5)
10 Dit stuk heeft zijn prijs. (4)
11 Volstoppen met eten en wegleiden. (8)
13 Of het belangrijk is laat ik in het midden. (8)
14 Franse stad die ik erbij zet. (4)
17 Kei van een kunstenaar. (5)
18 Met vijfhonderd paarden weglopen. (7)