7  Vorm van onderwijs op het toneel. (16)

 9  Land dat meer dan één inval doet. (9)

10 Kruit met een virus. (6)

11 Klein spookhuis. (8)

13 Plaatsje om naartoe te reizen voor de warmte. (7)

14 Daar gaat het zo ongeveer over. (7)

15 Zijn op weg om bestuurskunde te doen. (8)

16 Landmacht. (10)

19 Is gekheid in elkaar geslagen. (6)

21 Is aan een kant een vrouwengedicht. (10)

22 Uitdraai vol haat. (6)

 2  Zo brandveilig is een kogelwerend vest. (13)

 3  Moordwijf. (8)

 4  Iemand wiens kleding onkreukbaar is. (10,3)

 5  Praatje waarin het aanbod niet aan bod komt. (12)

 6  Schat die vleugels heeft gekregen. (8)

 7  Wapen van secrets agents. (5)

 8  Bezorgt u een kaart en een bestelling. (7)

12 Bunkerplaats. (7)

14 Zet uw tanden niet in dat eten. (6)

17 Crack die heel hard geworden is. (3)

18 Weinig ruimte is niet leuk. (3)

20 Familielid dat het onderste uit de kan wil. (4)