1 Mooier gemaakt met een mixer. (9)
2 Ze varen in Duitsland. (4)
3 Is nog onervaren in de Bijbel. (4)
4 Die zangeres is bijdehand. (4)
5 Discipline in het klooster. (4)
6 Perzen verwijderen. (9)
9 Dit inkomen kan worden belegd. (5)
13 Die sluit de rij. (4)
14 Is innemend aan tafel. (4)
15 Men moet het slim spelen. (4)
16 Vertel eens een schuine mop. (4)