5  Aan flarden rijden. (8)

 7  Vochtplek. (4)

 9  Er (niet) in gebleven. (12)

10 Weg door een natuurgebied. (12)

12 Licht bier. (6)

14 Spelersgroep die in de bak zit. (6)

15 Ouderwets iemand die goed bekendstaat. (3,3,3,3)

17 Doen suffende soldaten die met weemoed terugkijken op de strijd. (2,4,6)

19 Houdt de poot niet stijf. (4)

20 Opportunistische deelnemer aan de Vierdaagse. (8)

 2  Overheidsdocument. (15)

 3  Zo gaat men 'm flink raken. (10)

 4  Functie van iemand die als eerste aan nepotisme doet. (15)

 6  Dat is pas keurig! (3)

 8  Noodverlichting. (7)

11 Laatste regels van een kasteelroman. (10)

13 Gelijk na 13.00 uur. (7)

16 Krijgt de soldaat klappen? (6)

18 Lichamelijke opvoeding op het voortgezet onderwijs. (3)