4 Gelovige puzzelaar. (15)
8 Na het verbouwen hiervan is het milieu schoon. (14)
9 Hij speelt stommetje. (8)
10 Correct. (5)
12 Afkraken heeft een reinigende werking. (2,5,8)
13 Van dat spraakwater wordt ik helemaal doorweekt. (8)
15 Tenen die opkomen. (5)
16 Waren (van het eten) voor de handel. (15)
18 Dit havenbedrijf heeft verstand van een file. (6)
19 Het gaat om een veel geprezen schilderij. (7)