2 Geen vrolijke noot op de planken. (9)
3 Onafgebroken duur van een noot. (15)
4 Figuur op een feestterrein. (8)
5 Ontevreden zijn het onruststokers. (6)
6 Skeeleren. (2,8,5)
7 Plaats die men wegnam. (5)
8 Werk waar een longarts trots op is. (13)
9 Lopend de afstand bepalen. (6,2,5)
15 Namaaksubsidie die artiesten hebben. (9)
16 Familie van een baardmees. (8)
19 Bevinden zich in de hoek van afgestudeerden. (6)
21 Wijs de weg in het gebouw. (5)