5 God, wij hebben te maken met een aardige gentleman! (4,5,4)
8 En zo op die manier toch ook familie. (3)
9 Blinde vlek op de kaart. (3,5,3)
10 Tegenhanger van een kladblok? (10)
11 (Merk)naam van een godin. (4)
13 Snoepje dat op een bonbon lijkt. (6)
14 (be)houdend in het verkeer. (6)
17 Vruchten aan een touw. (4)
19 Geen heiligdom van een levende godsdienst. (10)
20 Hij is geen held als hij een drollenvanger draagt. (11)
21 Die trein krijgt het voordeel. (3)
22 Muziek die op een mobieltje is te beluisteren. (15)